Over mij

Mijn foto
Driven facility management professional, petrolhead, social networking enthousiast,open networker, husband and father of two.

maandag 15 november 2010

Sprookjes bestaan!!

Enige tijd geleden was ik met familie voor een bruiloft in de Efteling. Het viel mij op dat alles vanaf het eerste moment tot het vertrek erg goed was verzorgd en dat het totale ‘plaatje’ helemaal klopte. (Mijn kinderen vragen bijna dagelijks wanneer we weer gaan.) Ik besloot eens eens uit te zoeken welk aandeel FM hierin heeft.
Begin oktober ben ik , voorafgaand aan het symposium ‘Het nieuwe werken’, te gast bij het dienstencentrum van de Efteling..
Ik praat met Gerrie Muurmans (Manager Facilitaire zaken) en Pim van Kilsdonk (Hoofd Projecten) over de bijdrage van FM aan de Efteling.
Het facilitaire bedrijf is wat anders georganiseerd dan in een ‘standaard’ bedrijf. Het dienstenpakket is erg breed en omvat alles wat te maken heeft met park, verblijf, horeca en zelfs personeelsplanning. Gezamenlijk zijn ze 365 dagen per jaar verantwoordelijk voor 72 ha, 59 attracties en 4 miljoen bezoekers.
Het facilitair bedrijf ziet het als hun belangrijkste missie dat het sprookje van de Efteling van begin tot eind niet wordt doorbroken. Je stapt de ‘wereld van de Efteling’ binnen.
Een van mijn vragen was of er in die wereld nog ruimte is voor toekomstige uitbreidingen. Daarbij was het interessant om te horen dat de expansiedrift van het park wel meevalt. Kwaliteit gaat hier boven kwantiteit. Het attractiepark (met al zijn verblijfsaccommodaties en golfterrein) gebruikt in verhouding maar een klein gedeelte van de totale beschikbare grond.
Deze grond is ondergebracht in Stichting Natuurpark Efteling, opgezet in 1950 om de locale economie te ontwikkelen en de natuur te behouden voor komende generaties. Alle uitbreidingen van het park moeten in overeenstemming zijn met die beginselen. Naar mijn idee een mooi voorbeeld van MVO.
Dan de medewerkers: buiten het feit dat de facilitaire medewerkers trots zijn op hun bedrijf en dienstbaarheid hoog in het vaandel hebben staan, hebben ze 1 belangrijke eigenschap gemeen: flexibiliteit. Weersinvloeden zijn bijvoorbeeld erg van invloed op de openstelling van het park. Bij mooi weer wordt er soms besloten een uur langer open te blijven. Medewerkers zijn ingesteld op deze uitzonderingen. Gerrie geeft aan dat er bij de werving van nieuwe (seizoens-) medewerkers extra wordt gelet op deze eigenschappen.
Diezelfde flexibiliteit wordt ook gevraagd van leveranciers. Het park is 365 dagen per jaar geopend en onderhoud moet voor een groot gedeelte tijdens de openingsuren worden gedaan.
Daarnaast zijn er veel media-activiteiten in het park. Zo kan het gebeuren dat het werk even moet worden stilgelegd voor bijvoorbeeld een televisieopname. Alleen leveranciers die zich kunnen aanpassen (aan de onderhoudsplanning) en er proactief mee omgaan kunnen hier op een goede manier hun werk doen.
Het viel mij op dat er heel goed over de binding met de klant is nagedacht. De kantine voor de medewerkers is op een dusdanige plek dat dagelijks het park wordt doorkruist. Medewerkers zien dus elke dag de mensen voor wie ze het allemaal doen.
Ik was ook erg benieuwd naar innovatie, een belangrijk thema binnen het FM.
Hier wordt veel aan gedaan. Zo lopen er op dit moment proeven met verschillende soorten bouwafzettingen die er uitzien als bomen. Dit vanuit de achterliggende gedachte dat de beleving van de klant niet wordt onderbroken.
Innovatie komt ook veel terug in nieuwe projecten. Omdat vaak niemand op de wereld iets dergelijks heeft gemaakt wordt er regelmatig een onorthodoxe aanpak gekozen. Pim geeft aan dat dit niet altijd even makkelijk is, maar wel heel veel energie geeft als het resultaat er is.
Aan het einde van het gesprek leggen beide heren uit dat de rode draad zit in de details. Deze maken dat het dat de Efteling zich kan onderscheiden van andere parken. Tegelijk vraagt het een continue aandacht het zo belangrijk is dat alle details in het park kloppen en dat daar veel energie in zit. Die details maken het dat de Efteling zich onderscheidt van andere parken.
Ik begrijp dat er in de toekomst nog veel leuke uitdagingen op het gebied van FM zijn te verwachten. De bezoekersaantallen vertonen een stijgende lijn en er liggen nog diverse (inter-)nationale ambities op de tekentafel.
Heren, bedankt voor dit interessante kijkje in jullie keuken.

Job Heerink



(Dit artikel is eerder gepubliceerd op http://www.facility-info.com)

Leveranciers verenigt u/kansen in crisistijd

Het is een aantal maanden geleden als ik aan mijn bureau twee leveranciers heb zitten die elkaar wat onwennig aankijken. Je ziet ze denken: “heeft hij de afspraken niet goed gepland?”. Niets is minder waar, dit was zowaar de bedoeling.
Op dat moment waren we aan het eind van een aanbestedingstraject voor de inrichting van ons nieuwe hoofdkantoor. Gedurende dit traject waren er een flink aantal bedrijven voor ons afgevallen. Stuk voor stuk hadden ze hun best gedaan om een mooi ‘plaatje’ neer te leggen, maar voor mijn gevoel miste er nog iets.
Het was de projectgroep opgevallen dat de overgebleven bedrijven allebei erg goed scoorden op een gedeelte van de inrichting, waarop bij mij het idee ontstond om te zoeken naar een mengvorm.
Terug naar de vertegenwoordigers. Toen ik mijn idee uitlegde, werd ik in eerste instantie wat glazig aangekeken, de teleurstelling was overduidelijk. (Hiervoor heb ik overigens alle begrip, ook onze organisatie wint liever een hele aanbesteding dan slechts een gedeelte..)
Toen dat gevoel enigszins was verdwenen, gaven ze zelf schoorvoetend toe dat met de combinatie van de materialen een frisse en unieke look was gemaakt. Om dit verhaal compleet te maken: beide leveranciers hebben samengewerkt om een mooi eindresultaat af te leveren en zijn nu onze standaardleverancier voor nieuwe werkplekken en aanverwante zaken.
Mijn advies voor onze leveranciers is geweest om elkaar niet te ontwijken maar juist op te zoeken. Natuurlijk mag je balen van minder omzet dan verwacht, maar blijkbaar is er een bepaalde synergie. Het is de moeite waard om eens te proberen of die unieke meerwaarde ook bij een andere klant zou kunnen werken.
Ik hoor u denken: wat heb ik daar nou aan? Wat ik met dit voorbeeld uit de praktijk wil aangeven is dat er in deze tijden van crisis genoeg kansen liggen voor de creatieve ondernemer die openstaat voor samenwerking en buiten de geƫffende paden durft te gaan. De uitgaven voor facility management staan overal onder druk, maar er moet nog steeds overal worden gewerkt. Voor wie elkaar het licht in de ogen gunt, is die vijver nog steeds groot genoeg.

Job Heerink

(Dit artikel is eerder gepubliceerd op http://www.facility-info.com)